Alain Clark: 'In mijn samenwerkingen ben ik altijd heel erg opzoek naar connecties'

Tien jaar geleden zette hij zichzelf met zijn eerste Engelstalige album Live It Out definitief op de kaart. Inmiddels is Alain Clark een aantal platen verder en heeft hij zojuist zijn nieuwste langspeler Bad Therapy afgeleverd. We spraken met hem over het ontstaan van deze plaat, een deal bij een Amerikaans label, jezelf ontwikkelen en meer.

Je werkte voor je nieuwe album samen met verschillende producers en songwriters. Dat was nieuw voor je.

‘Klopt. Voorheen produceerde ik altijd al mijn liedjes zelf. Ten opzichte van mijn andere albums is dat ook het grootste verschil geweest, nu ik de productie en het schrijven van de liedjes met meerdere mensen in Los Angeles heb gedaan. Het was voor mij een heel nieuw avontuur. Een avontuur waarbij het leuk was om mezelf aan bepaalde dingen over te geven. Aan de andere kant was het soms ook lastig. Dan deed ik concessies, nam ik geen genoegen met de dingen die we gemaakt hadden, gooide ik het vervolgens weer op de plank en begon weer opnieuw. Het is echt een heel proces geweest. In dat proces kwamen onder andere  David Schuler, Josh Gudwin en Jahi Sundance voorbij, die allemaal één of meerdere nummers geschreven, gemixt en geproduceerd hebben.’

Josh Gudwin was de engineer, mixer en producer van Justin Bieber’s laatste plaat. Wat heb je gedaan om hem te overtuigen dat hij moest samenwerken met een Nederlandse man uit Amsterdam?

‘Ik weet niet of het echt een kwestie van overtuigen is. In mijn samenwerkingen ben ik altijd heel erg op zoek naar connecties. Als iemand grote dingen voor andere artiesten heeft gedaan, kan ik daar megaveel respect voor hebben, maar voor werk vind ik het zelf minder interessant. Tof is het natuurlijk wel, maar als ik met iemand werk en ik heb er niet een bepaald gevoel bij, kan het ook gewoon bij dat respect blijven. Het gaat mij vooral om de connectie die je met elkaar hebt. In mijn ervaring is dat gevoel ook wederzijds. Als je met elkaar in de studio werkt is dat al snel te merken. Zodra iemand de deur binnen stapt, valt de eventuele ego gewoon weg en ga je samen echt iets nieuws creëren. Dus een Nederlandse man die werkt met een grote producer uit Amerika, dat is in mijn geval niet het belangrijkste.’

Bij je vorige album ging je – volgens je eigen woorden – terug naar de basis en maakte je popliedjes voor een breder publiek. Is dat met dit album ook het geval geweest?

‘Qua liedjes is dit album all over the place omdat ik er dus met verschillende producers aan heb gewerkt. Voorheen koos ik altijd één stijl, maar nu vanwege de verschillende producers en songwriters is het ene liedje meer akoestisch, het ander juist iets elektronischer of het is een mix van allebei. Van alle liedjes die ik de afgelopen drie jaar heb geschreven, zijn deze elf de beste en de eerlijkste.’

En zijn er van die elf liedjes er een aantal waarbij je een nog grotere kick krijgt?

‘Ja, en zoals dat vaak gaat zijn dat nu ook weer de liedjes die niet op single worden uitgebracht. Cold In California, het laatste liedje op de plaat is bijvoorbeeld zo’n liedje waarvan ik het gevoel heb dat het goed gelukt is op een eerlijke en simpele manier. Qua stijl ligt het ook het dichtst bij me en geeft het precies weer waar ik echt vandaan kom. Bij Empty Chair heb ik dat gevoel trouwens ook. Omdat ik al wist dat dat liedje geen single zou worden, besloot ik om er op een andere manier toch een bepaalde aandacht aan te geven, dus heb ik er een paar maanden geleden een unplugged versie van opgenomen en op mijn social media gepost.’

Je bent een songwriter in hart en nieren. Hoe blijf je jezelf uitdagen en inspireren om weer nieuwe  liedjes te schrijven?

‘Naar mijn ervaring komt en gaat inspiratie met golven. Soms ben ik heel erg geïnspireerd en hoef ik dat gevoel alleen maar te vertalen naar de juiste vorm van muziek. Dat gaat in een soort flow. Maar er zijn ook periodes dat dat niet gebeurt. Dan kan ik juist heel krampachtig op zoek gaan naar inspiratie.  Voor mijn gevoel moet ik dan perse liedjes kunnen schrijven. Op dat soort momenten is het een kwestie van loslaten en accepteren dat het eb in plaats van vloed is. Nu ik 38 ben en al aardig terug kan kijken naar bepaalde dingen die ik gemaakt heb, kan ik vanuit dat oogpunt ook precies beamen wat makkelijk is geweest en wat niet. Maar van alle dingen die je maakt leer je uiteindelijk altijd.’

Je hebt onlangs een deal getekend bij het Amerikaanse label Concord Music. Vertel daar eens iets over.

‘Begin 2015 heb ik daar inderdaad een deal gesloten. In het jaar daarvoor had ik met een aantal mensen van het label gesprekken gevoerd, totdat het uiteindelijk tot een contract kwam. Voor mij persoonlijk was dat een hele overwinning. Toen ik net van de middelbare school kwam, ben ik meteen naar Amerika vertrokken om te proberen om ergens een deal te krijgen, samen met iemand van mijn management. Dat het na vijftien jaar uiteindelijk lukte was natuurlijk erg mooi. Hard work pays off! De droom die je al zo lang koestert neemt nu bepaalde vormen aan. Ik heb een Amerikaans team dat in me gelooft, niet denkt aan één hitsingle, maar juist gaat voor een langere carrière. Ik ben natuurlijk nog totaal onbekend in Amerika, dus we moeten echt aan de bak qua promotie en releases maar we gaan het aan.’

Je lijkt jezelf nu dus meer op de Amerikaanse markt te richten. Toch heb je in het verleden ook geprobeerd om voet aan de grond te krijgen in Engeland, Zwitserland en Italië. Hoe sta je nu tegenover eventuele plannen in Europa?

‘In landen als Italië, Zwitserland en Polen speel ik nog regelmatig en heb daar al aardig een voet tussen te deur. Maar als je het hebt over dat ik de hele wereld ‘moet’ veroveren, dan sta ik daar toch wat rustiger in. Uiteindelijk wil ik gewoon het liefste muziek maken en die op zoveel mogelijk verschillende plekken ter wereld live spelen. Als ik over een tijdje alleen maar een paar nieuwe zalen in Italië en Zwitserland erbij heb gekregen, dan ben ik voor mijn gevoel al veel rijker geworden dan dat ik nu ben.’

Nederlandstalig is door de  jaren heen steeds populairder geworden. Heb je stiekem niet de wens om toch nog eens een keer een Nederlandstalige plaat te maken?

‘Nee, niet echt. Dat Nederlandstalige album wat ik toentertijd gemaakt heb was voor mij  echt een grappige uitlaatklep. Maar de liedjes waren eigenlijk gewoon net wat te vroeg voor de tijd waarin ze uitkwamen. Die periode was dus niet zo succesvol, maar ik kan er nog wel steeds met een goed gevoel op terugkijken.’

Het succes begon tien jaar geleden met Live It Out. Wat is je mooiste herinnering van de jaren die daarna volgden?

‘Dat was de periode waarin ik met de single Father & Friend een hit scoorde en daardoor met mijn vader op veel verschillende podia mocht spelen, zowel in Nederland als in de rest van Europa. Nu ikzelf maar ook mijn vader ouder worden, koester ik die herinneringen steeds meer.’

De afgelopen tien jaren waren dus succesvol. Waar zien we Alain Clark als de volgende tien jaar voorbij zijn?

‘Ik hoop nog steeds op dezelfde plek, maar dan wel wat jaartjes ouder en vijf albums verder. De muziekwereld beschouw ik als een oneindige bron van inspiratie en ontwikkelingen. Het kan zomaar zo zijn dat ik over tien jaar ineens heel erg actief bezig ben in de jazz scene, maar ook dan gaat het nog steeds om muziek maken, ontwikkelen en jezelf uitvinden.’

Bad Therapy van Alain Clark is sinds november 2017 verkrijgbaar
Fotografie: Rahi Rezvani
Dit artikel is eerder gepubliceerd op Nieuweplaat.nl